Het Open Boek Texel

< Terug

Bestellen >








Langs Pagga’s paadje
Over de laatste bewoners van een plaggenhut op Texel
Irene Maas
Geb, 64 pag., 17,5 x 23 cm, foto’s en documenten aangevuld met tekeningen

Op de nog onontgonnen gronden van de Westermient, van god en alle mensen verlaten, woonde in de tweede helft van de negentiende eeuw Kees Gorter, een man die ‘Pagga’ werd genoemd.
Van deze Pagga wordt verteld dat het ‘een hele beste jutter’ was.
En ook dat hij vreselijk kon vloeken.
Hij woonde met zijn vrouw in een plaggenhut, een ‘zooien huus’, dicht onder de duinkant, op een plaats waar later bos is geplant, niet ver van de Bleekerij. Van hun woning is niets meer terug te vinden. De hut kwam leeg te staan toen het bejaarde echtpaar in 1909 verhuisde naar het Gesticht van Weldadigheid in Den Burg. Arbeiders van Staatsbosbeheer hebben hem nog een aantal jaren als schaftkeet gebruikt, maar in 1917 is hij uiteindelijk afgebroken.
Er loopt nu een voetpad langs, ‘de Paggaweg’, maar tussen de bomen en braamstruiken herinnert niets meer aan Antje Dekker uit Oudeschild, die als ongehuwde moeder naar de Mient was verhuisd en bij Kees Gorter terechtkwam. Niets meer over hun leven, het harde en schrale bestaan onder de duinkant, de kinderen die ze er kregen en verloren.

Aan de hand van overleveringen, knipsels en dagboeknotities hebben Irene en Monica Maas het levensverhaal van deze mensen kunnen reconstrueren. Ze brengen ons daarmee terug naar het ongerepte landschap van de Westermient, een gebied dat door Jac. P. Thijsse geroemd is om zijn betoverende schoonheid, maar waarin het bestaan hard en arm was en alleen de sterksten konden overleven.


De grindweg naar ’t dorp de Koog
Uit het schrift van Antje Gorter
(de dochter van Pacha)

Wonen in een zooien huus

Het hondje van Pagga

Along the path of Pagga
vrijetijdsvertaling van Irene

www.juthout.nl










Dit is de enig bewaard gebleven foto van de plaggenhut. Het oude echtpaar Gorter zit voor het raam.
De foto moet kort voor 1909 zijn gemaakt. De man links is waarschijnlijk Jan Flens, eigenaar van het in 1907 gebouwde Badhotel in De Koog. Volgens zeggen bezocht hij de Gorters met een Engelse journaliste.
Op zijn verzoek zijn de bewoners buiten gaan zitten, uit zichzelf zouden ze dat nooit voor vreemden hebben gedaan.
Van deze foto zijn verschillende kopieën in omloop, waarop het gezicht van Pagga minder herkenbaar is omdat het in de lichtveeg is bijgetekend. Achterop staat in potlood geschreven: ‘ter gedagtenis aan Uw ouwe buren C. Gorter en A. Gorter-Dekker’. De foto was voor Cees Schoenmaker en Trijntje Witte, die woonden in wat tegenwoordig het ‘Huussie van Pranger’ wordt genoemd, aan de Tempeliersweg.






Arbeiders van Staatsbosbeheer met plantwiggen en zinken emmers met plantgoed